Foto van toen: Cupfighters HJSC seizoen 1999-2000
Zo nu en dan worden wij geattendeerd op mooie foto’s uit het verleden. Deze onderstaande plaat uit het seizoen 1999-2000 wouden we jullie zeker niet onthouden.
De foto is genomen in Elim, waar HJSC 1 het in het seizoen 1999/2000 opnam tegen de plaatselijke vierdeklasser in de tweede knock-out ronde van de beker. Het volgende stuk tekst is afkomstig van de HJSC Wall of Fame, aan de rand van het voetbalveld van HJSC.
‘Gebroken bekerkoorts’
HJSC staat nu niet bepaald bekend als een cupfighter. De kreet ‘de beker is leuk, mar je winne em dochs net’ is een goed excuus om de noordelijke districtsbeker in het amateurvoetbal te beschouwen als een oefencampagne. Dat is ook de insteek in 1999. Maar dan slaat plotseling de bekerkoorts toe bij HJSC. De reden is het overleven van de poulefase.
‘Foar ús isit de earste kear dat wy fierder komme dan de poules’, jubelt Bauke Gietema op 2 september 1999 in het Sneeker Nieuwsblad. HJSC, dan zesdeklasser (er zijn dan nog zeven klassen), heeft aan een 3-3 gelijkspel tegen Sleat genoeg om zich te plaatsen voor de knock-outfase.
Het lot koppelt HJSC aan Sport Vereent, zondagvierdeklasser uit Oldeberkoop. In Hommerts wint HJSC met 2-1 dankzij treffers van Willem Bethlehem en Bauke Gietema. ‘As wy út de beker reitsje, dan wol graach tsjin in grutte klup’, blikt Gietema vooruit.
Het wordt Elim, dat twee klassen hoger speelt in de vierde klasse op zaterdag. Een uitwedstrijd. En dat betekent maar één ding: met de bus. ‘In dubbeldekker’, herinnert Pieter van der Horst zich nog goed. Hij is dat jaar leider onder trainer Klaas Okkema. ‘Wy hiene in machtich moaie ploech.’
Er kan geen kip meer bij in de bus richting Elim. De meegereisde supporters zien HJSC op een 0-2 voorsprong komen tegen de latere kampioen van de vierde klasse. ‘Wereldgoals van Ronald Spoelman en Bauke Gietema’, schrijft Okkema in het verslag. Elim recht de rug, voert de druk op en weet het duel te doen kantelen: 3-2. Einde bekerkoorts.
De grootste smet op de dag is de blessure bij Martin Dijkstra. ‘In duel om de bal. Wy kletsten der beide yn. Mar ik fielde dat it mis wie.’ Een bezoekje aan het ziekenhuis levert niets op. ‘De dokter sei dat it neat wie en fûn it net nedich om röntgenfoto’s te meitsjen. Dus doe binne wy wer nei Elim ta riden. Wy moasten ol mei de bus wer werom, fansels.’
De pijn is er niet minder om. Dijkstra ligt de hele terugreis in het gangpad van de bus, samen met Jelte Raap die een enkelblessure heeft opgelopen in hetzelfde duel. Een plaspauze in Meppel wordt met luid gejuich begroet. ‘It wie in machtige dei’, aldus Van der Horst.
De maandag erop is de pijn bij Dijkstra nog niet weg. ‘Mar wer nei it sikehûs’, blikt hij terug. ‘Doe wol op de foto en ja hear, it skeenbeen dwerstroch.’ Hij wordt nog regelmatig herinnerd aan het einde van het bekeravontuur van 1999/2000. ‘Der sit noch steeds in bult op it plak wêr ’t it doe brutsen is.’